achtergronden·Beurzen·gewoon doorgaan·plotten·Redigeren·Schrijven·zilverspoor

Workshops & schrijftips

Nou, het is even bijkomen hoor, van een heerlijk weekend Elfia Haarzuilens! Ik zal niet liegen, ik heb er de longpest aan overgehouden en hoest me een ongeluk, maar het was het hélemaal waard. Wat was het fijn om weer de stand te delen met mijn leuke, gezellige, charmante en getalenteerde collega’s, om lezers te spreken, nieuwe lezers te ronselen, boeken te signeren en/of gewoon lekker te ouwehoeren met standbezoekers. Kasteel de Haar is gewoon een schitterende locatie, en hoewel het soms echt pittig koud was, was het heerlijk en magisch om er weer te zijn. De liefde hield ons warm, en zo 😀

Een van de dingen die Uitgeverij Zilverspoor doorgaans organiseert (buiten onze stralende aanwezigheid in de stand) is een stapel (schrijf)workshops van verschillende Zilver auteurs. Ik ben een van de auteurs die dit regelmatig doet. Voor mij is het wellicht wat makkelijker, aangezien ik 1) vanuit mijn baan als ICT consultant & trainer regelmatig voor de groep sta, en 2) het niet heel erg vind om mezelf te horen ouwehoeren. (Je bent leeuw van sterrenbeeld, of niet… ;)) Zie ook About Books, haha 😀

Ik heb een aantal onderwerpen die ik tijdens sessies aansnijd (ik heb een stapeltje onderwerpen klaarliggen, en soms komt er een nieuw onderwerp bij), maar ik vind het ’t allerleukste om me te leiden door vragen van het publiek. Zelfs als ik twee dagen na elkaar dezelfde sessie moet geven, of compleet onvoorbereid voor de groep kom te staan (zoals afgelopen zondag, toen er een miscommunicatie was met de organisatie van Elfia, en we toch niet onze deelnemers willen teleurstellen) heb ik altijd een unieke sessie en is het altijd leuk én leerzaam. In ieder geval voor mij! Hopelijk voor de groep ook.

Mocht je nu niet in de gelegenheid zijn om naar alle beurzen te komen en me daar in actie te zien en toch benieuwd te zijn wat ik te vertellen heb, dan heeft Robin Rozendal, schrijfster van de Levende Steden serie, op haar super gave YouTube kanaal – wat je écht moet checken, omdat ze daar ook haar hele journey deelt over het schrijfleven -, een aantal interviews met me afgenomen een paar maanden geleden.

Ik was ze tot dusverre helemaal vergeten te posten, maar ze zijn het kijken waard, denk ik. Als niet voor de inhoud, dan wel voor de gezelligheid. Robin en ik hadden een super leuke tijd met de opnames en is een fantastische host, dat kan je aan de filmpjes afzien. 🙂 Een paar van de onderwerpen zijn ook topics die ik aansnijd tijdens workshops. Dus! Wellicht heb je er wat aan.

En anders zien we elkaar binnenkort wél een keer, op een van de beurzen. Heb je trouwens verzoekjes voor workshop onderwerpen? Laat het me dan weten.

Hier zijn de video’s:

Een intro interview over mijn boeken en moderne fantasy in het algemeen (die stapel boeken was trouwens super zwaar om zo omhoog te houden, en dan mis ik nog eens Verloren Zielen op deze stapel ook!)
Een video over het redactieproces, zowel meta- als woordredactie. En aangezien ik ietsje beter ben in het eerste dan in het tweede, zijn we vooral op meta-redactie / plot dokter spelen, ingegaan
Over vecht- en actiescènes! Deze topics snijd ik ook aan tijdens een van mijn workshops. Cocky, mijn uitgeefster, vroeg of ik daarover wilde praten, naar aanleiding van de actiescènes in De Prijs Van Water. Dus… ik deel hier het huiswerk wat ik gedaan heb over actiescenes. 🙂
Deze video wilden Robin en ik graag opnemen omdat we erg geinspireerd raakten van Attack On Titan, en de lessen die het je leert over foreshadowing, informatiedosering, en personageontwikkeling. Met zo min mogelijk spoilers! 🙂

Heel veel kijkplezier!!

achtergronden·Gaming

hell yeah: final fantasy 7

Degenen die mijn blog al langer volgen (of die mij een beetje kennen) zullen waarschijnlijk niet verrast zijn dat deze blog nu geschreven wordt. Ik heb al vaker gepraat over mijn woeste liefde voor de Final Fantasy serie. Voor degenen die niet weten wat het is: Final Fantasy is een Japanse RPG die al loopt sinds 1987. Sindsdien zijn er 16 mainline titels uitgekomen, met een groot aantal spin-off games. Het was vroeger zo dat iedere game zijn eigen verhaal had, wat zich afspeelde in zijn eigen wereld, met zijn eigen personages. Er zijn concepten en gimmicks die in iedere wereld/game terugkomen (crystals, chocobo’s, moogles en – vreemd genoeg – een personage genaamd Cid), maar in principe spelen de games eigenlijk als een verhalenbundel. Daarom is er ook geen concensus welke van de games het “beste” is, juist omdat de games zo uiteenlopen qua gameplay, thema’s, graphics, verhalen, enzovoorts. Iedere van fan de serie heeft zijn eigen mening, en hoewel er een paar van de games consistent beter uitkomen dan anderen, is het echt een kwestie van smaak.

Mijn smaak? Mijn absolute favorieten zijn Final Fantasy 8, 7 en 15. (honourable mentions voor 16 en 10) En daarmee ben ik verre van mainstream, want hoewel 7 de populairste is van de hele serie, zijn 8 en 15 dat bepaald niet. Final Fantasy 8 was mijn eerste, in 1999, en heeft daardoor een speciaal plekje in mijn hart. (En ik vond het battle systeem, wat uitgekotst wordt door veel van de spelers, WEL leuk. En snapte het. En was er goed in. Dus.) 15 heb ik het meeste uren ingestoken omdat ik verliefd was op de personages en de wereld, en dat was mijn eerste game na bijna vijf jaar geen game aangeraakt te hebben. (Wat heb ik gejankt aan het einde).

En dan is er Final Fantasy 7. Fucking Final Fantasy 7.

Ik speelde FF7 in de herfst/winter van 2000. Heb het zo fanatiek gespeeld dat ik er RSI van opliep. Ik was alleen niet zo goed in deze game, niet zoals ik in 8 was, maar het verhaal greep me bij de keel. Ik heb er al eens een blog over geschreven; ik denk dat FF7 de eerste instantie was waar ik echt het volledige potentieel zag van de onbetrouwbare verteller. Het is een thema wat vaker terugkomt in mijn eigen verhalen, het “wat als hoe jij de wereld waarneemt niet de realiteit is” concept is iets wat me misschien niet wakkerhoudt, maar wel iets wat ik echt doodeng vind. En ook iets wat ik zo verdomde interessant vind.

En Cloud Strife, de hoofdpersoon van FF7, is een ongelofelijk onbetrouwbare verteller. Vanuit een verhalenvertellend perspectief is dat fantastisch, want het geeft het verhaal een extra laag en zorgt ervoor dat de replay value van het spel veel hoger wordt. Het meemaken van de originele mindfuck is een ervaring op zich, maar de game nog een keer spelen met alle antwoorden is fantastisch, omdat je dan alle hints, leugens en (on)waarheden kan aanschouwen. Het betekent dat je het verhaal dus nooit meer op dezelfde manier kan ervaren, maar die allereerste ervaring? Die is goud waard.

Zoals je misschien wel weet, en misschien ook niet, zijn ze de Final Fantasy 7 game helemaal aan het remaken. Is wel een beetje de tijdgeest he, alles is remakes tegenwoordig, en dan remakes die langer zijn dan het originele product (de remake serie wordt 3 spellen lang, ipv 1. De eerste twee games ervan zijn net uit: FF7 Remake, en FF7 Rebirth. De derde volgt… over een paar jaar). Maar in het geval van FF7 geven ze er wel een extra twist aan, want ze volgen niet volledig het originele verhaal.

deze foto maakte mijn man van mij, op 1 maart, om 23.50 uur. 😀

De nostalgiewaarde is nog steeds torenhoog, want voor een heel groot deel wordt het plot getrouw gevolgd, zijn de personages en de locaties en de muziek nog steeds heel herkenbaar en juist verder uitgediept op een manier die heel natuurlijk aanvoelt (en fantastisch gedaan is), maar er is ook een deel dat suggereert dat dit een do-over is. Dat je als een groundhogday, een timeloop, door de gebeurtenissen heen gaat van de originele game uit 1997. Maar sommige van de personages zijn zich ervan bewust. Namelijk de bad guy. En die heeft het op zichzelf genomen om onze hoofdpersoon, die al niet de meest betrouwbare verteller was door afschuwelijke trauma’s, HELEMAAL KAPOT te maken.

En met de technologie en videografie van nu kunnen ze dat fantastisch in beeld brengen. Waar we in 1997 tekst en polygonen hadden, hebben we nu lichaamstaal, gezichtsuitdrukkingen, de manier waarop Cloud zijn zwaard vasthoudt, zijn stem (zijn voiceactor is fantastisch. ik krijg nog steeds de rillingen als ik denk aan zijn stem toen hij riep: “Aerith? Let’s talk!”)… dus die hele extra laag, de manier hoe die psychologie in beeld wordt gebracht; echt fantastisch.

Het is ook een grote game, vol minigames, side quests, afleidingen, nostalgie, geweldige momenten tussen de personages, hilariteit en fantastische gameplay. De muziek is ook prachtig, en zo getrouw aan het origineel maar tegelijkertijd ook weer niet.

(Ik denk niet dat ik in woorden uit kan leggen hoe episch het was om op die zaterdagavond in december 2000 de eindbattle met Sephiroth in te gaan en anderhalf uur lang voor mijn leven te moeten vechten terwijl na een game lang alleen maar midi-melodietjes gehoord te hebben, een orchestrale ode aan de carmina burana te horen in “One Winged Angel” die keihard over de speakers blerde. het mooien aan gamen is dat het zo’n actieve ervaring is, want je leeft dat gevecht, je hartslag zit door het dak, je handen glibberen van het zweet, en jij bent het, die dat gevecht aangaat, vloekt als Sephiroth zijn Octaslash – of erger nog, zijn Heartless Angel – op je loslaat. Het is zoveel actiever en intenser dan een film kijken of een boek lezen. Soms worden het echt van die core memories.)

Ik ben meteen gaan spelen toen de game uitkwam. Vanaf het allereerste moment van release, op 29 februari om middernacht. Ik wilde wanhopig de spoilers voor blijven, want het internet was een mijnenveld, en ik wilde nog wanhopiger weten wat de developers ervan gemaakt hadden. Dus ik heb het weekend vrijgenomen en ik heb ieder vrij moment genomen om te spelen. Ik heb er slaap voor opgeofferd. Ik was niet of nauwelijks aanspreekbaar. En ik had de tijd van mijn fucking leven.

Ik speelde Final Fantasy 7 Rebirth (de 2e game van de 3) uit op 8 maart 2024, om 3.30 uur ’s nachts (74 game uren later). Uitgeput, afgedraaid, overweldigd, met brandende ogen van het janken (er waren een hoop emoties gaande, okay?) en trillende handen van de adrenaline. Ik moest de volgende ochtend gewoon werken, maar gelukkig wel vanaf thuis. Je kan zeggen dat ik wat verrot was die dag, maar het viel eigenlijk nog wel mee.

Wat wel interessant is, is dat er heel veel ambigue elementen in het plot zitten, steeds in de eindconfrontaties, wat ervoor zorgt dat je in de tijd tussen de release tussen de games aan het speculeren blijft. De eindconfrontatie was een enorme barrage aan (conflicterende) informatie, intense emoties, en ruim twee uur lang vol adrenaline eindbazen bevechten ben je als speler zo overweldigd dat het moeilijk is om je eigen mening te vormen over wat je nu precies ervaren hebt. Dat was al zo bij de eerste game (Remake), maar nog erger bij Rebirth.

Ik heb mijn ideeen, inmiddels, er is een maand overheen gegaan en ik zit inmiddels op ruim 120 uur gameplay, maar het gaat nog jaren duren voordat ik mijn antwoorden ga krijgen. En hoewel dat moeilijk is, kijk ik er ook heel erg naar uit. Want als ik gelijk heb, en mijn theorieen kloppen… dan gaat het HEEL gaaf worden.

Dus ja: hell yeah, Final Fantasy 7. Of het nu de originele game is, of de Remake serie. Ik heb zo’n liefde voor allebei, waarschijnlijk versterkt door het feit dat ik letterlijk al 24 jaar met deze personages rondloop. Ik weet niet of het ‘tzelfde is, als je de spoilers al kent, of als je de originele game nooit gespeeld hebt, of als je niet alle easter eggs vindt in de muziek, in de details, in de wereldbouw, in de dialogen. Waarschijnlijk niet. Maar voor mij? Oh, voor mij is het zo’n enorme hell yeah.

(En ja, Hydron en haar toren is volledig gebaseerd op Shinra, in Midgar. Mijn ode aan de game die me de liefde bezorgde voor 1) moderne fantasy, en 2) de onbetrouwbare verteller. Zonder deze game hadden mijn schrijfstijl en mijn smaak er heel anders uitgezien, denk ik.)

achtergronden·bloed in het water·De Zwijgende Aarde·gewoon doorgaan·onrust·Paraiso·quasis·Waarde van Bloed·Waterloper·zilverspoor·zwanenzang

2023 in de achteruitkijkspiegel

Wat, was het niet gisteren dat ik mijn terugblik schreef op 2022? Waar is het jaar gebleven? :’D
Aan de andere kant kijk ik terug en zie ik dat 2023 super druk is geweest, en dat er zo veel gave dingen gebeurd zijn…

Twee boeken (Zwanenzang en Onrust), talloze festivals en beurzen (want wat gingen we weer heerlijk los met alle beurzen en promotie), About Books, en het keiharde werken aan boek 2 en 3 van de Paraiso serie, want ja, er was ook nog de beslissing om boek 2 te splitten… Whew. Geen wonder dat het jaar voorbij gevlogen is ❤

Haha wat een grote grijnzen allemaal 😀

Dus wat gebeurde er in 2023 allemaal?

  • Héél veel beurzen! Fantasyfest (2x), Elfia, FACTS (2x), Heroes Made In Asia, Castlefest (<3), Fantasticon, Heroes Comic Con, Comic Con Amsterdam… het kon niet op!
  • Ik besloot boek 2 in de Paraiso serie te splitten in 2 boeken, waarvan de eerste nu klaarligt voor redactie (begin 2024!) en ik hard bezig ben om boek 3 helemaal overhoop te trekken en op te waarderen (nu – ik heb het bestand letterlijk op het moment open staan :D).
  • Brenda en ik werkten samen met Anaid Haen aan de redactie van Onrust, boek 7 in de Zwijgende Aarde serie, die in maart-april klaar was. Het duurde echter nog tot de zomer tot die uit was, maar man wat is hij mooi geworden!!
  • Ik schreef drie (!) verhalen voor Waterloper verhalenwedstrijd. Maanstof werd helaas gediskwalificeerd (voor eeuwig salty over), maar ik was tevreden met hoe Expansiedrift (17e plek) en Verkeerd teruggekomen (5e plek) het deden in de wedstrijd.
  • In de zomer was ik met Anaid en Cocky hard bezig met de redactie van de korte verhalen in Zwanenzang, en die kwam uit in dezelfde week als Onrust – en mijn verjaardag, vandaar dat de slingers hangen in beide foto’s.
  • Mijn verhaal Midwinterrace werd gepubliceerd in Welkom In De Broeikaswereld.
  • Ik schreef Hongerig Vuur voor de SF In De Polder bundel, die ook heel binnenkort uit zal komen, en vertaalde hem in het engels voor de Engelse publicatie als Feed The Fire, die in 2024 zal volgen.

Wat is het plan voor 2024?

Uiteraard is de bedoeling dat Boek 2 in de Paraiso serie, Bloed in het water, in 2024 uitkomt. Zin in! Ik ben zoooo benieuwd wat jullie van (de rest van) Paraiso zullen vinden, dat wat buiten de Hydrontoren ligt! Ik wil zien hoe jullie reageren op de schaduwdimensie, op

Ook is mijn bedoeling om boek 3 klaar te maken voor redactie. Zou mooi zijn als die óók nog op het randje van 2024 uit kan komen, maar wellicht is dat wat ambitieus. Maar wie weet!

En daarna? Pff, wie dan leeft, dan zorgt. Ik heb in ieder geval zat ideeën, dus dat gaan we zien.
Hele fijne jaarwisseling gewenst, lieverds. Zie jullie in 2024!

achtergronden·gewoon doorgaan·Paraiso·plotten·Schrijven·Vuur en Vergankelijkheid

Kelly kletst over schrijven (5)

Blijkt dat de laatste keer dat deze rubriek op mijn blog heb gedaan in juli 2021 was. Whew! Tijd om weer wat nieuwe vragen te beantwoorden, dan. Gewoon, omdat het leuk is. Hier vind je de vorige rubrieken: 1, 2, 3, 4.

Hoe georganiseerd ben je met je schrijven? Heb je een methode? Wat gebruik je voor je schrijforganisatie? Notities? Kladblokken? Apps? De cloud?

Ik heb het al eens vaker verteld: ik ben geen plotter, maar ook geen organische schrijver. Ik zit er tussenin. Ik plot heel fanatiek met post-its tijdens de brainstormsessie en maak een outline, maar van daaruit kan ik flink afwijken van mijn originele plannen. Ik ga bijna altijd van de rails af, bij een langer project. De tools die ik gebruik om mijn gedachten te ordenen zijn mijn notitieblok (eentje die ik volpen met gedachtenstromen, planningen, uitschrijven van spanningsbogen, ideetjes, en concepten, totdat hij vol is), Google Drive als ik mijn notitieblok niet bij de hand heb of geen zin heb om te schrijven, en Telegram om te chatten met mijn plotmaatjes. Telegram heeft een super zoekfunctie waarmee je oude chats kunt terughalen, en ik reken daar vaker op dat je denkt.

Is het perfect? Waarschijnlijk niet. Maar tot dusverre werkt het voor mij aardig. 😀

Wat is jouw writing journey? Wanneer begon je? Waarom? Waren er dingen die tegenvielen? Waar sta je nu en wat zijn je plannen?

Ik begon als klein meisje al, voordat ik kon schrijven. Ik verzon altijd al verhaaltjes, alleen of met vriendinnetjes. In mijn eentje tekende ik ze als poppetjes op papier, en samen met mijn vriendinnetje Paula speelden we onze zelfbedachte verhalen meteen uit. We noemden het toneelstukjes, want we acteerden de boel ook meteen. …Eigenlijk een beetje roleplayen, als ik er zo over nadenk.

Opstellen schrijven op school vond ik altijd al leuk, maar toen ik elf was ging ik ook echt verhalen schrijven, op de computer, in Wordperfect 5.1. Zo heb ik mezelf ook leren typen destijds (en da’s ook de reden dat ik met 7 vingers blind typ, ipv netjes met 10). Tot aan het einde van de middelbare school schreef ik eigenlijk constant wel aan een verhaal, hoewel ik de meesten ben kwijtgeraakt in een crash van mijn harde schijf destijds. Er liggen er nog een paar op de vliering hier die ik wel uitgeprint heb. Ze waren allemaal nogal supernatural, beetje Dean Koontz achtig. En vooral overdramatisch, neem ik aan. 😀

Tussen mijn 18e en 21 schreef ik minder echt aan verhalen, maar deed ik veel aan online roleplayen. En vanaf mijn 22e deed ik ieder jaar trouw mee aan Nanowrimo, en van daaruit ben ik écht meters gaan maken. Dus ja, ik schrijf al mijn hele leven.

Op dit punt heb ik een stapel boeken uitgebracht (8), waarvan 2 korte verhalen bundels en een novelle. Het doel is om mijn huidige trilogie (de Paraiso serie) nog af te maken, en daarna zijn er nog geen vastomlijnde plannen. Het liefst zou ik aan de slag met wat science fiction, en ik heb wat ideeën en vage concepten van projecten, maar ik ben niet van de langetermijn planning. Mijn leven gaat toch nooit zoals ik wil, en als er een beter idee tussendoor komt, dan ga ik daarvoor. Dus we zien wel!

Als je zou moeten kiezen: een heel verhaal zonder óf actie, óf zonder dialoog, wat zou je kiezen en hoe zou het gaan?

Zonder actie. Wat grappig is, want ik ben me de afgelopen paar jaar best aan het profileren als een actie-schrijver, maar dialoog is mijn eerste en grootste liefde. Een recensent schreef ooit dat ik dialogen schrijf als spannende zwaardgevechten, en dat is waar ik naar streef. Ik gooi mijn hele ziel en zaligheid in dialogen, en ik wéét dat ik een verhaal kan schrijven waar twee mensen in een kamer zitten en je helemaal kapot gaat op de dialoog. Of dat met alleen actie ook zo goed zou lukken, weet ik niet zeker. Misschien een leuke uitdaging om allebei teproberen

Wat is het moeilijkste personage dat je ooit geschreven hebt en waarom?

Iris Manderlay, uit Vuur & Vergankelijkheid. Ik ben dol op haar, ze is een schat, maar man, wat ben ik blij dat ik in dit boek ook Leah Telchian had als tegengewicht. Leah babbelde tenminste, Iris was net een verdomde oester. Ik moest het verhaal echt UIT haar trekken.

Wat was het fijnste personage dat je ooit geschreven hebt en waarom?

Een paar jaar geleden was het een toss-up tussen Sirka Lentan en Valeria de la Meray, maar tegenwoordig hebben Monika Silva en Sergio Barros zichzelf ook in de mix gegooid.

Sirka was mijn favoriet omdat ik haar vanaf moment 1 volledig begreep. Ik doorgrondde haar tot op het bot en ik had zo met haar te doen. Bovendien was ze slim, impulsief, doelgericht, en loog ze alsof het gedrukt stond als het haar zou helpen om haar doel te bereiken. Ze is een actief personage dat het plot verder drijft, en dat schreef heerlijk.
Hetzelfde geldt voor Valeria. Een actief personage, met een sterke wil en een scherpe tong, super pragmatisch. Ik ben altijd al een beetje verliefd op Valeria geweest.

Sergio is nu een van mijn favorieten omdat hij zo’n droogkloot is. Hij is bij tijd en wijle echt hilarisch, een beetje awkward, maar wel super competent, en gewoon een goeie gast. Hoewel hij wat introverter is, schrijft hij heerlijk. Ik vind het altijd fijn om tijd met hem door te brengen.
En dat brengt me bij Monika, die is zo brutaal, zo jong, zo beschadigd, en probeert zo hard het juiste te doen. Monika doet me bij vlagen aan Valeria denken, maar heel anders – veel gepassioneerder. Monika en Sergio samen? Dat is puur genieten voor mij, trouwens. Hun dialogen zijn echt een genot om te schrijven 🙂

Als je je toetsenbord op zou moeten geven en vanaf nu alleen nog met de hand zou schrijven, zou dat je lukken?

Nee. Ik haat met de hand schrijven. Ik heb mezelf niet voor niets leren typen, schrijven met de hand gaat veel te langzaam en je hebt geen backspace optie. Ik schrijf met de hand in geval van nood, als ik écht een scene kwijt moet en ik zit in de trein of in een vliegtuig of zo. Ik heb diep respect voor mensen die met de hand schrijven, maar ik zou heel verdrietig zijn als ik dat vanaf nu alleen nog zou moeten doen. Lang leve mijn mechanische toetsenbord met regenboogkleurtjes! 😀

Zo, dat was weer leuk! Bedankt voor het aanhoren, jongens ❤

Ben ook benieuwd naar jullie antwoorden op deze vragen!

achtergronden·Boeken·Films/TV·Gaming·recensie

invloeden en inspiratie

Een tijd geleden had YouTuber HelloFutureMe een video waarin hij uitlegde welke werken hem geinspireerd hadden. Dus niet welke boeken/films/media volgens hem het allerbeste waren, maar echt wat hem geinspireerd had. Wat bij hem binnengekomen was en wat zijn leven veranderd had. Daardoor ben ik natuurlijk ook gaan nadenken wat het voor mij nu uiteindelijk is geweest, en ik dacht dat het wel gaaf was om mijn belangrijkste invloeden met jullie te delen. Ik vond het een leuke exercitie. 🙂

Ik ben dus uitgegaan van wat jonge (en minder jonge) Kelly echt geinspireerd heeft, en wat invloed heeft gehad op mijn pad als schrijver. Wat een vuurtje onder mijn achterste ontbrandde, of wat het begin is geweest van iets wat me geholpen heeft, of…. Nou ja, dat dus. 🙂

Ik heb het uitgeschreven op chronologische volgorde, want dat vind ik logisch. Zoals je ziet is het vooral buitenlandse media. Dat betekent trouwens niet dat er geen fantastische Nederlandstalige literatuur is, en dat er niet Nederlandse boeken zijn die ik op dit punt zelfs ronduit beter vind dan wat er op deze lijst staat. Het zegt gewoon dat toen ik nog jong en beinvloedbaar was, er niet zo veel gave Nederlandstalige fantasy was. Daar is de afgelopen jaren zeker verandering in gekomen, maar op dat punt had ik mezelf al ontwikkeld, haha 🙂

Maargoed; hier komen ze, op ietwat chronologische volgorde; de verhalen die mij het meest beinvloed en geinspireerd hebben!

  • The Talisman – Stephen King & Peter Straub (1991)

Als 11-jarige Kelly was ik al een hele tijd naar de boeken aan het gluren die mijn ouders lazen, maar met “De Talisman” durfde ik eindelijk de stoute schoenen aan te trekken en “grotemensenboeken” te lezen, want ik dacht dat ’t niet mocht. (Ik zie het boek nog op onze salontafel liggen) Maar Jack, de hoofdpersoon in dit boek, was ook elf jaar oud, dus ik vond dat dit boek wel toegestaan was.
Mijn ouders waren overigens wel de laatsten die me daarin tegenhielden, die hebben me nooit weggehouden bij enige lectuur/literatuur en vonden het alleen maar mooi dat ik alles las wat los & vast zat. De bibliothecaresse keek me op een gegeven moment wel schuin aan toen ik een stapel Dean Koontz en Stephen King uitcheckte, maar gelukkig heb ik er nooit nachtmerries of iets dergelijks van gehad.
Dit was mijn eerste boek voor volwassenen, en hoewel ik niet alles snapte, vond ik het PRACHTIG. Het was donkere fantasy, een queeste voor een magisch object, een jongetje dat zijn zieke moeder wilde redden en mijn kinderhartje had nog nooit zoiets gelezen, ik omarmde het. Ik denk dat een groot deel van mijn liefde voor fantasy uit dit boek vandaan komt.

  • Ender’s Game – Orson Scott Card (1995)

Mijn man (toen nog mijn vriendje – een van de dingen die we destijds bij elkaar zo leuk vonden, was dat we een vergelijkbare smaak hadden) gaf me Ender’s Game om te lezen toen ik een jaar of vijftien oud was. Ik denk dat dit mijn eerste science fiction was, op wat Evert Hartman enzo na. Ik vond het prachtig; de wereldbouw, de toekomst, de ruimteschepen, Ender die de wereld moest redden, en ik had zo’n crush op zijn zusje Valentine. :’D
En hoewel ik het op dit punt echt niet meer eens ben met Orson Scott Card en zijn politieke meningen, heeft dit boek – en de hele Ender serie – een waanzinnige indruk op me achtergelaten. Ik noem de eerste zinnen van dit boek regelmatig nog als voorbeeld van een geweldige openingszin als ik een workshop over schrijven geef.
“I’ve watched through his eyes, I’ve listened through his ears, and I tell you he’s the one. Or at least as close as we’re going to get.”
Ik bedoel: wát een binnenkomer, toch? En vanaf daar houdt het ook niet op. De proza is echt fantastisch, en ik werd zo meegesleept door het verhaal dat ik de twist op het einde écht niet aan zag komen. Perfecte executie, dit boek.

  • The Eye Of The World – Robert Jordan (1998)

Het was de zomer van 1998. Ik zat middenin mijn eindexamens van het VWO en ik wilde er niet aan. Mijn hele leven zou gaan veranderen, ik wist op dat punt wel dat ik mijn examens zou gaan halen, maar ik vond het heel moeilijk om afscheid te gaan nemen van mijn oude leventje. Mijn vrienden zouden allemaal naar andere scholen en universiteiten gaan, ik had het leuk op mijn middelbare school, etcetera etcetera. Dus ik pakte het eerste boek van The Wheel Of Time op om mezelf af te leiden van de realiteit. Heel eerlijk, ik vond de eerste twee boeken niet eens zo geweldig, maar ik wilde mezelf afleiden, me in een andere wereld dompelen, dus ik zette door.
Was het helemaal waard, gelukkig. Vanaf boek 3 tot en met boek 6 is het trouwens wél waanzinnig tof, daarna zakt het in, maar dat wist ik toen nog niet, boek 7 was net uit. Ik werd een superfan. Via The Wheel Of Time werd ik actief op het internet, en dit was 1998, jongens – het internet was toen nog heel pril. Ik heb driekwart van mijn huidige vriendengroep dankzij deze boekenserie ontmoet, maar buiten dat, heb ik dankzij deze serie HEEL VEEL online geroleplayed. Effectief kwam dat neer op heel veel fanfiction schrijven. Ik heb tussen 1999 en 2006 zo ontzettend veel geschreven en roleplay plots bedacht en tot uitvoering gebracht. Ik heb denk ik hiermee mezelf leren verhalen schrijven. Gek zo, als je daar nu op terugdenkt. Vooral omdat ik uiteindelijk best afgebrand ben op de serie. Ik heb hem wel nog uitgelezen, en heb daardoor wel weer Brandon Sanderson ontdekt, dus dat is positief 😀

  • Final fantasy 7 & 8 – Squaresoft / Square Enix (1999)

Ik weet het; dit zijn games, geen boeken. Maar als ik kijk wat echt invloed op mij heeft gehad als schrijver, op mijn leven? Mijn liefde voor moderne fantasy is 1-op-1 terug te leiden naar deze games. De reden dat ik moderne fantasy schrijf, en wat minder vaak voor de epische of middeleeuws-achtige fantasy ga? Deze games. Omdat technologie + magie = awesome! 😀
Ik heb daar al uitgebreid over geschreven in deze blog, maar het moest gewoon nog een keer gezegd worden.

  • A Storm Of Swords – George R. R. Martin (2002)

Game Of Thrones is mainstream. Iedereen kent het fenomeen. Je moet echter begrijpen dat tien jaar voordat de tv-serie uitkwam, ik al hardop aan het gillen was tegen boek 3 van A Song Of Ice And Fire. De Red Wedding daargelaten; dat moment met Littlefinger, Lysa en Sansa bij Moon Door? Dat moment dat je er achter komt wie alle teringbende in de Seven Kingdoms gestart is? HOLY SHIT. Ik viel van de bank toen ik het las.
Fantasy tot dat punt was – voor zover ik gelezen had – best allemaal nog wel tam. De dood van personages, van de helden, was niet echt iets wat gebeurde? Of permanent was? Dus wat Martin aan het stunten was, met het afslachten van zijn personages – ik vond het fantastisch. De twists, het verraad, de dood, de nitty-gritty duisternis van de wereld… het was helemaal in mijn straatje. Dit toonde me hoe het ook kon, en ik omarmde het volledig.
Ik weet nog zo goed dat ik op basis daarvan in mijn Wheel of Time roleplays opeens een level up deed. Opeens gingen we er helemaal voor; epische meeslepende plots, verraad, uitgedieptere, getraumatiseerde personages… ik denk dat mijn liefde voor moreel grijze personages echt uit ASOIAF voortgekomen is.

  • A Song For Lya – George R. R. Martin (2008)

Wow, nóg een keertje Martin? Yup. In dit geval een heel ander soort boek. Dit is een korte verhalenbundel, veelal SF, die ik echt fantastisch vind. (De reden dat ik graag korte SF verhalen schrijf, jongens, is omdat ik net zo’n gave bundel wil schrijven als A Song For Lya. Na vijftien jaar klooien begin ik er misschien eindelijk een beetje in de buurt te komen.) Het kroonjuweel van de bundel is het titelverhaal, A Song For Lya, een verhaal dat me emotioneel compleet kapotmaakte. Hij kwam binnen als een stomp in mijn maag en ik heb als een baby zitten janken. Het verhaal zei zulke mooie dingen over menselijke connectie, over liefde, over niet genoeg zijn, over de muren die we bouwen – en dat allemaal in een gaaf SF plot gewikkeld. Dit verhaal heeft niet voor niets een Hugo gewonnen. Dit was denk ik voor mij het boek dat ik las en voor mezelf dacht: “als ik later groot ben, dan wil ik net zo cool zijn als jij.”

  • Mistborn – Brandon Sanderson (2011)

Is Mistborn Sanderson’s beste boek? Weet ik niet. Ik vond persoonlijk Words Of Radiance beter. Maar was dit wat ik absoluut nodig had om me te realiseren dat het mogelijk is dat een fantasyboek compleet inlost op al zijn beloftes, een perfecte executie heeft, en dat het kán? Dat ook ik het vast kan, dat ik gewoon moet schrijven? …Dat deed het wel. Op de een of andere manier was het zo’n injectie van optimisme in mijn brein, dat dit boek me de moed heeft gegeven om “Geboorterecht”, het kortverhaal dat uiteindelijk de proloog van “Stof en Schitteringen” werd, in te sturen naar verhalenmagazine Pure Fantasy.
Dankzij Mistborn vond ik de moed om mijn verhaal te schrijven, af te maken, en in te sturen. En dat is toch wel een hele hoop waard.

  • The Enigma Of Amigara Falls – Junji Ito (2018)

Dit verhaal is geen proza, dus in de lijst is dit een beetje een vreemde eend in de bijt. Dit is een manga, en dit is gewoon de meest intense horror die ik ooit gelezen heb. Het is inmiddels jaren geleden en ik word nog steeds een beetje misselijk als ik eraan denk. Ik vind horror het gaafst niet als het gaat om monsters of geesten of demonen, maar – en dat deed dit verhaal me mede realiseren – als het verhaal zich focust op de existentiële shit. Op psychische shit. Op body horror. Op transformatie. Daar kan je mij écht gek mee krijgen. En dat realiseerde ik me dankzij deze manga.
Mocht je het willen lezen, vind je het hier. Maar geef Junji Ito alle liefde en koop het boek alsjeblieft ook. Trigger warning voor mensen met claustrofobie, trouwens. 😉

  • Shingeki no Kyojin / Attack on Titan – Hajime Isayama (2022)

Jullie hebben me al eerder horen lofzingen over deze anime. Ik ben ook zeker van plan om de manga te gaan lezen. De anime is vorige week definitief geeindigd (en ook een beetje de aanleiding tot deze blog), dus mss is het een beetje regency bias, want heeft het me beinvloed? Ja. Ik ben een van de gelukkige kijkers die uiteindelijk maar anderhalf jaar op de finale hoefden te wachten, in tegenstelling tot de mensen die er al vanaf 2013 bij waren (!). Het jaartal zegt ook iets; want 2022 was het jaar dat “De Prijs Van Water” uitkwam.
Natuurlijk had ik het originele idee voor de Paraiso serie al in 2017, maar de manier waarop zaken in beeld gebracht werden, de wanhoop van de personages, de horror – die gaven me echt die uiteindelijke duw in de rug om de laatste versie en de redactie tot een goed einde te brengen. Plus; het leerde me dat er een markt is voor verhalen over monsters. En dat voelde toch wel heel goed.
Extra plus: de informatiedosering en het mysterie in dit verhaal? 10/10. Dit is het soort verhaal dat je meerdere keren moet consumeren, want OMG DE DETAILS KLOPPEN ALLEMAAL en de payoff van het mysterie is perfect gedaan. Zó ambitieus, dit plot. Love it.

Whooo, dit was leuk om te doen. Wat zijn jouw grootste invloeden geweest? Wat heeft op jou het meeste indruk gemaakt, en heeft je pad als schrijver geschapen? Ik ben super benieuwd!

achtergronden·Beurzen·Boeken·De Zwijgende Aarde·Paraiso·Prijs van water·Schrijven·Waarde van Bloed·Waterloper·zilverspoor·zwanenzang

terugblik op 2022

Jemig jongens, wat een jaar is dit geweest. Kijken jullie mee terug en vooruit? 🙂

Het is heel gek om terug te kijken op het vorige jaar, vooral als je het vergelijkt met 2021 en 2020. Het jaar begon nog met COVID restricties, maar toen die eenmaal over waren, werden we vol in het oude leven teruggegooid. En dat betekende beurzen! FACTS, Comic Con, Elfia… het was zo goed om weer met Team Zilver samen te kunnen vlammen, lezers te kunnen ontmoeten, boeken te kunnen signeren en te verkopen… echt super. En dat alles natuurlijk naast om de week About Books presenteren. Oja, en een baan in de ICT die er echt niet rustiger op werd, haha.

Daarnaast waren er nog een aantal deadlines om te halen wat schrijven betrof. Ik was gevraagd voor twee verhalenbundels, deed mee aan Waterloper verhalenwedstrijd, en oja, we moesten De Prijs Van Water klaarmaken voor redactie & publicatie! Daarnaast was ik samen met Brenda bezig aan Onrust, boek 7 in De Zwijgende Aarde serie, en wilde ik per se de alpha (poep) versie van De Waarde Van Bloed dit jaar afkrijgen. Dus whew, een hoop!

Wat is dat op een rijtje dan?

  • De Prijs Van Water is uitgekomen begin augustus op Castlefest, en verkocht prompt uit dat weekend! De reacties op het boek zijn ook hartstikke positief, en dat was best spannend, aangezien het een nieuwe serie start.
  • Ik schreef Enji’s Zegening voor Waterloper Verhalenwedstrijd, waar het de 8e plek behaalde.
  • Ik schreef Midwinterrace voor Johan Klein Hanevelds Voorbij De Storm klimaatbundel, die binnenkort het levenslicht zou moeten zien.
  • Overdrachtsvlekken, voor de Bloedzuigers In De Polder bundel, die deze of volgende week ergens uitkomt (!)
  • Verder maakte ik mijn aankomende verhalenbundel, Zwanenzang, klaar voor redactie. Die gaat binnenkort beginnen, en ik heb er super veel zin in. Ik vind deze bundel misschien nog wel mooier dan Verloren Zielen, ik ben zo blij met de verhalen! Het bevat 13 verhalen, inclusief Enji’s Zegening, Overdrachtsvlekken, de 4e en 2e publieksprijswinnaars bij Edge Zero, Geen Weerstand en Het Water Kruipt Waar Het Niet Gaan Kan, en een verhaal dat ik speciaal voor deze bundel heb geschreven, genaamd Gelijkstroom.
  • Samen met Brenda Hingstman schreef ik de eerste & tweede versie van Onrust af, zoals gezegd, het 7e boek in de Zwijgende Aarde serie, van Uitgeverij Quasis. Het is de eerste keer dat een uitgever mij benaderde om een boek voor hen te schrijven, en daar ben ik nog steeds hartstikke vereerd over. Hij ligt op het moment bij de uitgever; ik hoop dat hij goedgekeurd wordt. 🙂
  • Oja, en last but not least… Ik heb gister de eerste versie van De Waarde Van Bloed afgeschreven. Na twee jaar zwoegen tussen pandemieën door is hij op 126.500 woorden uitgekomen. Whew. Dat wordt schrappen, ben ik bang. 😀 Maargoed, dat weten we. Dit is tenslotte de eerste versie, en de laatste keer dat ik op een dergelijk woordenaantal uitkwam (dat was Talent & Kristal, die op 122K kwam) kon ik er zo 6K aan woorden uitwippen. Ik denk dat ik hier ook nog wel aardig kan schrappen… want mijn eerste versie is doorgaans poep, waarin ik het verhaal aan mezelf vertel. Ik weet dat ik een aantal inzichten die ik tijdens het schrijven heb opgedaan echt nog moet aanscherpen in eerdere delen van het verhaal. En da’s prima, daar heb ik zin in!
    Dus, ja, dit wordt een van mijn dikkere boeken, waarin we tijd doorbrengen aan de oever van het stuwmeer, in de stad zelf, bij de rebellen, tussen de mensen – die misschien net zulke monsters zijn als de wezens van de schaduwdimensie. Zo gaaf!

Dus…. stiekem best een heel productief jaar; bijna 100.000 woorden geschreven in totaal. Moest ook wel, want er zit een hele hoop aan te komen.

Tijd voor een hele hoop redactie in 2023, van zowel van mezelf als de mensen die ik voor Zilverspoor redigeer… en dan ook beurzen, en About Books, en creativiteit, en misschien wel heel veel nieuwe verhalen. Want waarom niet, ha!

Tot in 2023, waarin we er gewoon weer helemaal voor gaan. Fijne jaarwisseling!

achtergronden·Paraiso·Prijs van water

om in de stemming te komen!

Jaaaa… nog een paar nachtjes slapen en dan is De Prijs Van Water uit. Mijn nieuwe boek, in een volledig nieuwe wereld, nieuwe personages, nieuwe magie, nieuwe technologie… alles! Een van de vragen die ik tijdens About Books vorige week kreeg was of het niet moeilijk was om een hele nieuwe wereld te verzinnen en daarmee aan de slag te gaan.

En tja, het was even inkomen. Om mezelf te helpen om in de juiste mindset te komen, maak ik playlists, die ik luister tijdens het schrijven, of als ik aan het nadenken ben over de plot, of op weg naar beurzen. (wat, Pavlov ik mezelf? misschien. maar als het werkt, waarom niet?) En aangezien ik de Lentagon playlist destijds gedeeld had – en sommige lezers er zelfs naar geluisterd hebben, merkte ik tot mijn verrassing – dacht ik dat het misschien gaaf was om de Paraiso playlist (zo heet de stad in mijn nieuwe boekentweeluik) ook met jullie te delen.

Dus bij deze! 😀 Heel veel luisterplezier! 🙂
Natuurlijk ook de disclaimer: het is voor een heel groot deel in het genre “muziek met gitaren”, maar het loopt daartussen flink uiteen, van rustig en deprimerend en emotioneel, tot dubbel bass en scheurende gitaren en grunts.

En mocht je je afvragen welke muziek quote er gebruikt wordt in De Prijs Van Water, want ja, uiteraard deel ik er weer eentje, dat is deze:

Tell yourself again
“Nothing is wrong with this place”
Never say it when
We’re standing face to face
Faker, if there is a hell
You’ve done what you needed to do
If there is a hell, it’s ready and waiting for you
~The World Is A Beautiful Place & I Am No Longer Afraid To Die, “Faker”

Hier is de video:

achtergronden·Algemeen·gewoon doorgaan·plotten·Schrijven

Kelly kletst over schrijven (4)

19 Best Garden Lanterns: Outdoor Lanterns, Candle Lanterns, Solar
Kom erbij zitten, gaan we lekker kletsen over schrijven!

Tijd om weer lekker te kletsen over schrijven. Het is tenslotte al een tijdje geleden. 🙂

Wat is je favoriete genre om te schrijven?

Haha, net binnen en meteen al met beide benen gestrekt hè? Zoals jullie misschien wel weten (of niet) ben ik zo iemand die niet echt binnen hokjes wil schrijven. Ik ben meestal vooral bezig met verhalen vertellen en als ik gevraagd word om er een etiketje of een genre op te plakken, begin ik meestal te stotteren. Ik doe graag gekke niche shit, genre-overstijgend, en niet helemaal standaard.

Betekent niet dat ik de meest originele persoon ter wereld ben, hoor, maar ik heb meestal meerdere genres nodig om aan te geven wat een verhaal “is”. Ik hoor het soms ook wel bij recensies. “Ik verwachtte een SF verhaal en het heeft die elementen ook, maar het leest als een thriller.” “Dus de Lentagon serie is… moderne fantasy?” Als je een klassiek 1-genre verhaal van me ziet, dan is het meestal een experiment, een uitdaging aan mezelf, of een inzending voor een verhalenwedstrijd.

Maargoed, als ze echt een pistool op mijn hoofd zouden richten en ik zou onder druk NU moeten zeggen welk genre ik het liefste schrijf? Dan denk ik dat ik zou kiezen voor “moderne fantasy”, zoals de Lentagon serie is, en zoals de Paraiso serie eigenlijk ook is/wordt.

Wat doe je om geïnspireerd te raken? Kun je het opwekken?

Inspiratie opwekken is niet echt iets wat ik kan. Inspiratie werkt voor mij op een heel andere manier. Het gaan zitten en schrijven is eigenlijk gewoon een kwestie van DOEN. Bek dicht en schrijven, kreng. Het je ertoe zetten om te gaan schrijven gaat de ene keer gemakkelijker dan de andere keer, maar dat heeft meer met energie en motivatie te maken dan met inspiratie. Inspiratie helpt me niet om te schrijven, dat is doorzettingsvermogen. Inspiratie helpt me aan ideeën.

Echte inspiratie voor mij komt uit muziek, uit dromen, uit concepten en scenario’s die ik samen met mijn schrijfmaatjes (of in mijn eentje) brainstorm. Daar komen verhaalideeën uit voort en soms knagen die zo hard aan mijn brein dat ik ze wel op moet schrijven. Soms zijn ze zo sterk dat het moeilijk is om me op de echte wereld te concentreren, en ben ik erover aan het dagdromen tijdens het autorijden of het lopen met de hond. Dát is voor mij inspiratie. Helaas is dat niet is wat ik gemakkelijk op kan wekken.

(De Lentagon serie was daarbij een uitzondering. Tegen de tijd dat ik bij Boek 3 aangeland was, had ik een Spotify playlist die ik kon aanzetten om in de stemming te komen. Ik was op het punt dat die playlist een beetje een Pavlov reactie veroorzaakte, tot janken in de auto bij een bepaald liedje aan toe. Maar dat was wel toen ik al drie jaar keihard aan de trilogie aan het werken was).

Schrijf je in stilte of met achtergrond geluid? Met mensen of in je eentje?

Het maakt mij niet zo veel uit. Ik kan prima in stilte schrijven, maar met muziek aan filter ik achtergrondgeluid weg en kan ik ietsje beter in de stemming komen. Dan maakt het niet meer uit of er mensen in de kamer zijn. Tijdens mijn laatste schrijfweekend met mijn schrijfmaatjes zat ik op de bank met mijn laptop op schoot, en had ik Nothing But Thieves (indie-rock) en de FF7 Remake OST (dus game muziek) op repeat op mijn hoofd. Het was fijn dat de anderen er waren, maar dat was vooral om iedere 2.5K een shotje Jack Daniels Fireball te nemen om onze succesjes te vieren. 😉

Welk aspect van je schrijven ben je het meest in vooruit gegaan sinds je bent gaan schrijven?

Ik denk dat ik er twee noem:

  1. Het framen van scènes: iedere keer dat je een scene start, moet het voor de lezers duidelijk zijn waar we zijn, wie er aanwezig zijn, en wat ze aan het doen zijn. Zonder dat beeld is het voor de lezer ontzettend moeilijk om een voorstelling te maken van de situatie, en krijg je situaties als: “Oh, was hij er ook bij?” / “Waar komt hij nou opeens vandaan?” of: “Oooh, ze zitten aan het avondeten!” als je halverwege de scene bent en de hele tijd confuus bent geweest over de context. Context is belangrijk! Het wordt door jongere schrijvers regelmatig over het hoofd gezien – ook door mij, toen ik net begon met schrijven. Grappig genoeg heb ik het geleerd door narrative roleplayen, waar je gedwongen wordt om te beschrijven wie er aanwezig zijn en wat we aan het doen zijn, omdat anders je medespelers geen idee hebben waar we mee bezig zijn.
  2. het schrijven van actiescènes: ik ben pur sang een personageschrijver en ik werk vanuit mijn emoties. Dus ik zal eerder de gedachten en de gevoelens van een personage beschrijven, en bijvoorbeeld de sensaties (geur, smaak, kleur, licht) en acties daarna pas. Dat is op zich niet heel erg, maar als er dingen naast het personage exploderen – en dat gebeurt in de Lentagonserie vaker dan je zou denken – moeten de personages in de actie zitten. Geen tijd om na te denken, maar go go go! Mijn proeflezers en redacteur hebben daar best een dagtaak aan gehad om dat er een beetje uit te meppen, maar ik hoor het steeds minder vaak, dus… yay?
    Gelieerd hieraan is dat ik erg veel vechtsport kijk, en daardoor inmiddels ook weet hoe een vuistgevecht werkt. Whoo! Hebben al die nachten MMA kijken toch nog hun nut. 🙂

Je zwakke punten als schrijver

Zo, even met de billen bloot… er zijn twee manieren om deze vraag op te vatten, dus ik noem ze allebei:

  1. ik denk dat het bovenstaand is; omdat ik werk vanuit emotie en minder vanuit fysieke sensatie, zit ik soms nog wel eens vast in de hoofden van personages.
  2. Ik ben van het hollen en stilstaan. Ik probeer netjes door te schrijven, maar zonder een verhaal dat actief aan mijn brein vreet, heb ik echt een deadline nodig om te presteren. Zo niet, dan doe ik helemaal niets aan schrijven. Wat gek is, want ik ben dol op schrijven. Of meer, op geschreven hebben. 😉

Je sterke punten als schrijver

Nu de billen toch bloot zijn, laten we er veren in steken 😀

Ik denk dat mijn sterke punten als schrijver allereerst mijn personages zijn. Ik steek een hoop tijd in personages, motivaties, en persoonlijkheden, en ik denk dat dat ook wel toont. Als redacteur merk ik ook dat ik schrijvers daar goed mee kan helpen, dus ik zou deze als mijn belangrijkste sterke punt benoemen.
Mijn andere sterke punt (ik had ook twee zwakke punten, dus er komt er nog een) zijn denk ik mijn dialogen. 🙂

Wat denk je als je ouder werk terugleest?

Het is heel grappig, want ouder werk teruglezen is echt zo’n trip down memory lane. Ik last laatst iets terug wat ik in 2009 geschreven had (mijn laatste keer pur-sang real world thriller, als ik er over nadenk) en ik werd er helemaal nostalgisch van. Door details in het verhaal werd ik meteen weer teruggebracht naar de periode waarin ik het schreef. Dingen waar ik in die tijd mee bezig was, plaatsen waar ik kwam, onderwerpen die me toen na aan het hart lagen, namen van personages die ik overnam van klanten, of collega’s, of games of boeken die ik cool vond.

Aan de andere kant was ik aan het lachen om mijn proza, en hoe mijn zwakke punten in ouder werk nog veel scherper tonen… maar dat hou je, denk ik.

Zijn er onderwerpen waar je oncomfortabel mee bent om ze op te schrijven?

Ik had er een paar: namelijk seks, verkrachting en marteling. Ik vond die vroeger echt moeilijk om te schrijven, maar dat heb ik destijds gefikst door mezelf gewoon te dwingen dergelijke scenes te schrijven, zodat ik er minder tegenop zou zien. Oefening baart kunst, enzo!

Seks was uiteindelijk heel makkelijk – zolang je in gedachten houdt dat de scene de plot moet dienen en een functie moet hebben in het verhaal, kun je het goed een plaatsje geven. Ik zal nooit ronduit smutty porn gaan schrijven, maar ik ben er niet meer bang voor of zo. Het is gewoon onderdeel van het verhaal. En als Joy en Seamon een vluggertje onder de douche willen hebben voordat ze een gevaarlijke situatie ingaan, wie ben ik dan om ze tegen te houden? 😉

Verkrachting en marteling waren een stuk delicatere onderwerpen, en die heb ik mezelf daadwerkelijk gedwongen om te schrijven. Ik heb een personage in de League wereld – ze heet Irina Weisz en ze is een van mijn favoriete personages ooit – die uiteindelijk zichzelf naar de top van een maffia syndicaat had gewerkt (na veel trauma en bullshit), en toen moest ik wel. Ik had eroverheen kunnen kletsen, maar dat vond ik laf. Show, don’t tell, tenslotte. Als Irina dat in haar rugzakje had zitten, moest ik het ook onder ogen komen, vond ik.

Ik vond het heel waardevol om dergelijke scenes geschreven te hebben, hoewel ik me achteraf echt wilde douchen met dikke bleek. Ik heb er erg veel van geleerd. 🙂

achtergronden·Bloed en Scherven·Boeken·Schrijven·Stof en Schitteringen·Talent en kristal·verloren zielen·Vuur en Vergankelijkheid·zilverspoor

kelly kletst over schrijven (3)

round black side table with coffee cup
kom erbij!

Whoo, derde post in de serie! Inmiddels is het niet heel erg “schuif aan bij mijn tuintafel”-weer meer, dus we hebben nu een knusse bank en een kop thee om samen op te zitten en te kletsen over schrijven. Ik heb zojuist mijn inzending voor de Harland Awards de deur uit gedaan, dus ik vind dat ik wel even wat kletsen verdien 😀

Op welk punt in je schrijfproces verzin je de titel voor je verhaal of je boek?

Goeie vraag, want dat wisselt heel erg! Soms is de titel het eerste wat ik weet van een verhaal, maar meestal werk ik met een werktitel die ik later aanpas naar iets wat ik beter vind werken. Stof & Schitteringen heeft bijvoorbeeld altijd al zo geheten, maar Bloed & Scherven is nog een tijdje Zand & Scherven geweest (wat ook niet slecht is, aangezien er belangrijke scenes op het strand plaatsvinden in dat boek), en Talent & Kristal is héél lang Talent & Terreur geweest. Pas enkele maanden voor de publicatie vond ik deze titel toch wat te heftig en heb ik hem afgezwakt. Dat was toen best een moeilijke beslissing, want aan de ene kant is die heftige titel wel precies wat er gaande is, maar aan de andere kant wilde ik mensen ook niet afschrikken.
Vuur & Vergankelijkheid heeft bijna het hele schrijfproces heen en weer gepingpongd tussen de uiteindelijke titel (waar ik mee begonnen was) en Vuur & Verandering, die ik net zo goed vond werken. Het hing er echt vanaf op welk aspect ik wilde focussen, want het verhaal komt neer op het verbreken van de status quo en het creëren van de toekomst, hoe goed of slecht die ook zou zijn. Dus voor allebei is wat te zeggen – alleen Vergankelijkheid klinkt veel cooler, let’s be real 😀
Verloren Zielen daarentegen was heel gauw verzonnen, die tijdens een brainstormsessie met mijn schrijfmaatje en vriendin Brenda bedacht is. Die voelde meteen zo goed, dat ik er niets meer aan veranderd heb.

Met korte verhalen is het vergelijkbaar. Onze plaats in het universum, bijvoorbeeld, hebben we ingezonden naar een verhalenwedstrijd met een andere titel, genaamd Een tijdelijke oplossing. De jury had wat opmerkingen over de titel, en hoewel ik een tijdje zuur was over een verandering (de inspiratie voor de daadwerkelijke uitschrijving van het verhaal kwam uit een liedje met de frase ‘a temporary solution’ en die wilde ik niet loslaten), zijn co-auteur Corina en ik helemaal tevreden met wat het geworden is.
Roze Water heette oorspronkelijk Een handvol goud, wat denk ik ook wel gewerkt zou hebben, maar klinkt ietsje minder exotisch. Bovendien focust het op de steekpenningen, en niet op de infectie – en ik wilde daar de aandacht op vestigen.
Rode lantaarns heeft vanaf het begin zijn titel gehad, omdat het concept van de herdenkingsdag, de lantaarns en de rouw direct op een liedje genaamd “Red paper lanterns” is gebaseerd. Zoals je ziet, loopt het lekker uiteen! 🙂

Deel een zin of paragraaf van je schrijfsels waar je het meest trots op bent, en leg uit waarom.

Er zijn er meerderen die ik heel fijn vind, maar die zijn soms erg spoilerig. Dus laat ik deze delen – dit is een paragraaf uit Talent & Kristal:

‘De Lentagon is niet veilig,’ zei Sirka opeens. Haar stem was rauw en vol met emotie. ‘Er is niets veiligs
aan het kristal en ik baal dat ik keer op keer deze verdomde discussie met mensen moet voeren. Het is geen kadootje, het is geen schild. Het is een mes zonder handvat en voor je het weet bloed je erop dood en voel je je er geweldig bij.’

Soms lees je een stuk tekst terug en dan wéét je dat je in de flow was, en dan zie je passages of dialogen waarvan je denkt: YES. Dit was sowieso een mooi moment – een moment waar Joy, Sirka én Seamon het roerend met elkaar eens waren, en samen een front tegen de buitenwereld vormden. (eat shit, Lemaire).

Heb je onlangs wat nieuws geprobeerd? (stijl, genre, perspectief, of iets anders?)

Bijna altijd – veel van mijn korte verhalen zijn uitdagingen voor mezelf geweest. Zo was Nachtdienst mijn uitdaging om een horrorverhaal te schrijven, en bij Zij die weggingen wilde ik iets met veel sfeer schrijven. Onlangs heb ik een kort verhaal geschreven (bijna het hele jaar mee bezig geweest, het is op het moment een beest van bijna 10K en whew, het is een PROJECT) waarbij ik met proza en stijl aan het experimenteren ben geweest.

Ik durf er nog niet zo veel over te vertellen, want spoilers misschien – ondanks dat ik m niet geschikt vind voor verhalenwedstrijden – maar wat ik wel kan zeggen, is dat ik de onstabiele mentale staat van de hoofdpersoon in de tekst, als stijlfiguur, wilde laten terugkomen. En volgens mij is dat gelukt. Volgens mij voelt het niet als een super herkenbaar verhaal van mij. (?) Er is me verteld dat ik een super opvallende, herkenbare stijl heb, dus het zou fijn zijn als ik daarvan weg kan stappen. Dat experiment is dit verhaal geworden. Het heeft nog een paar tweaks nodig, en het is echt SUPER bleak, maar missie geslaagd, denk ik zo 😀

Delen jullie ook je favoriete zinnen en titels en nieuwe experimenten? Ik hoor ze graag! 😀

achtergronden·Algemeen·Prijs van water·Redigeren·Schrijven·verloren zielen

kelly kletst over schrijven (2)

Pin on Interiors/Exteriors
we gaan er weer voor zitten! (disclaimer: dit is niet mijn tuintafel :D)

Vorige blogpost vertelde ik over een vragenlijst voor schrijvers die ik aan het afwerken was. Dit is deel 2 in die serie. Ik heb super veel lol met het nadenken over de vragen en de antwoorden met jullie delen, hoop dat dat voor jullie ook zo is 😉 Hier komt het volgende setje vragen. Schuif je weer aan bij mijn virtuele tuintafel?

Welk personage vind je het leukst om te schrijven?

Ik heb hier heel erg lang over na moeten denken, want ik houd van al mijn personagekinders. Uit de Lentagonserie was het ’t moeilijkst om te kiezen, maar ik denk uiteindelijk dat mijn favoriet Sirka is. (ze had serieuze competitie van Valeria, trouwens. En Joy, want die heeft de beste one-liners in de hele serie) Sirka is zo’n heerlijk geconflicteerd personage. Ze probeert zo hard het juiste te doen, maar als je tussen haar en haar doel in staat, dan is het jammer voor je, dan liegt, bedriegt en vecht ze tot je aan de kant staat. Ze liegt als een motherfucker om te krijgen wat ze hebben wil, en dat is een thema dat de hele serie terug blijft komen. En dat hele felle, nietsontziende, gecontrasteerd met haar liefhebbende hart, vind ik een ontzettend gaaf spanningsveld om in te spelen.

In de Paraisoserie had ik het meeste lol met Monika, zoals je in de vorige post al kon lezen. Monika Silva is 20 jaar oud en werkt als callcenter medewerkster bij Hydron – de (enige) waterleverancier van Paraiso (een woestijnstad). Ze haat haar werk en haar leven. Om bij te beunen is ze illegale drank aan het stoken en een van haar grootste afnemers is haar manager. En omdat je om drank te stoken een hoop water nodig hebt, is haar manager haar aan het matsen met haar waterrekening. Kwestie van tijd totdat dit misgaat, uiteraard… 😉

Van mijn korte verhalen heb ik denk ik het meeste plezier gehaald aan het schrijven van Reka, de hoofdpersoon van Roze Water. Die had een hele aparte stem, zo murwgeslagen door eerder trauma, dat het bijzonder was om haar te schrijven. Ik heb tot op de dag van vandaag zo met haar te doen.

Schrijf je liever korte scènes of verhalen, of liever langere verhalen/boeken?

Die vraag krijg ik vaker, maar ik beantwoord hem graag! Het fijne aan korte verhalen is dat je heel kort heel intens kunt gaan. Het zijn relatief korte projecten, alsof je een sprintje trekt. Helaas is het daarna klaar, en is er meestal geen reden meer om terug te keren naar die wereld of dat concept. (Tenzij je de League schrijft, want dat is op 2 novelles na zo’n 300K aan korte verhalen langs 1 tijdlijn)

Bij het schrijven van een novelle/boek heb je een veel langere adem. Dan ben je veel meer betrokken bij de personages, bij hun ontwikkeling. Het is een marathon, of, als je het in de term van relaties wil vatten: alsof je een huwelijk aangaat, ipv een one-night-stand.

Beide opties hebben zo hun voordelen. Ik vind allebei erg leuk. Dit jaar heb ik Prijs Van Water klaargemaakt voor de redactie (begint heel binnenkort), twee-en-een-half kort verhaal geschreven voor Waterloper verhalenwedstrijd, een kort verhaal wat een compleet stijl experiment is en waarschijnlijk niet geschikt voor inzendingen, en een laatste kort verhaal wat ik voor Harland/Hebban wil insturen. Dus zoals je ziet, lekker afwisselend! 🙂

Ben je een pantser of een plotter?

Ah, de eeuwige vraag. Plan je alles van te voren volledig uit, of hoop je maar dat het goedkomt als je begint te schrijven? Het blijkt dat ik er tussenin val. Ik werk mezelf door verschillende iteraties met mijn verhaal heen, en hoe verder ik in mijn verhaal (hoe hoger de versiegetallen worden), hoe strenger ik ga outlinen. Maar in de allereerste versie ben ik meer van de freeform.

Ik ben een Lawful Plantser – ik heb een aantal key points in mijn verhalen – zeker het einde / de eindconfrontatie is een van de dingen die vooraf vast staan. Ik schrijf van key point naar key point toe, en raak onderweg regelmatig verdwaald. Ik schrijf eigenlijk bijna altijd chronologisch, omdat ik dan mee ontwikkel met de personages.

En ja, ik gebruik zeker character bio’s (man, ik plan mijn personages beter dan mijn plot, haha!) en ik voel me personally attacked door de opmerking “has definitely taken personality tests for their characters”. Pffff. *schuift haar notitieboek weg met Myers-Briggs uitwerkingen, sterrenbeelden, enneagrammen, character arcs etc*

Als ik aan het herschrijven sla, dan word ik meer een Neutral Plotter, want dan ga ik kijken naar spanningsbogen en volgordes van gebeurtenissen en dergelijke. Maar dat is zeker niet mijn natuur. Als je mij het lekkerst wil laten schrijven, dan geef je me een concept van een geweldige scène tijdens de eindconfrontatie, en dan bouw ik mijn personages, mijn wereld en mijn plot daar omheen. Door schade en schande, en heel veel frustratie heen. Ik zou willen dat ik het anders kon. Door discipline en doorbijten omdat ik verdomme een deadline heb kom ik een heel eind, maar een echte Plotter zal ik wel nooit worden. 🙂

Vertel, hoe zit dat bij jou? 🙂